Schengen: Nederlanders klaar om nee te zeggen tegen Bulgarije, ja tegen Roemenië

Nederland zal tijdens de bijeenkomst van volgende week in Brussel de toetreding van Roemenië en Kroatië tot de Schengenzone steunen, maar zal nee zeggen tegen Bulgarije, besloten de ministers tijdens de kabinetsvergadering van vrijdag.

De uitbreiding van de Schengenzone, op basis van reizen zonder identiteitscontroles aan de grens, zal volgende week door de EU-ministers worden gestemd, en Nederland stond onder druk om zijn verzet tegen het lidmaatschap van Bulgarije en Roemenië te beëindigen.

De zone bestaat momenteel uit 22 EU-landen en vier van buiten de Europese Unie.

Premier Mark Rutte vertelde vrijdagmiddag op een persconferentie dat het besluit om Bulgarije’s lidmaatschap van Schengen niet te steunen gebaseerd is op feiten en geen politiek besluit is. ‘We hebben een fatsoenlijke aanpak gekozen’, zei de premier.

Rutte zei niet te denken dat Nederland het enige land is dat twijfelt. ‘Ik denk dat de situatie ook genuanceerder ligt met andere lidstaten’, zei hij.

Hoger beroep

Vorige maand, Bulgaarse EP-leden gingen in beroep aan premier Mark Rutte om hun land, evenals Roemenië en Kroatië, op 1 januari 2023 toe te laten tot het Schengengebied.

Bulgarije trad in 2007 toe tot de Europese Unie en het Europees Parlement heeft sinds 2011 via verschillende resoluties groen licht gegeven voor toetreding tot Schengen.

De laatste stemming was in oktober, toen EP-leden zeiden dat het handhaven van controles aan de binnengrenzen voor Roemenië en Bulgarije ‘discriminerend’ is en ‘ernstige gevolgen heeft voor het leven van mobiele werknemers en burgers’.

Slechts enkele dagen later stemde een meerderheid van de Nederlandse parlementariërs echter voor een motie waarin hun regering werd gevraagd geen ‘onomkeerbare stappen’ te nemen om Roemenië en Bulgarije toe te laten totdat er nader onderzoek is gedaan naar corruptie en georganiseerde misdaad.